Getrouwd met kinderen
In het Belgisch erfrecht wordt het erfrecht verdeeld tussen de kinderen en de partner. De gehuwde partner krijgt het vruchtgebruik op de woning en de inboedel, de kinderen krijgen de blote eigendom.

Het
vruchtgebruik
Het recht om een andermans goed te gebruiken en de vruchten daarvan te innen alsof men zelf de eigenaar was, met de verplichting ervoor te zorgen zodat het goed zelf in stand blijft. Een vruchtgebruiker kan dus in een onroerend wonen, maar kan evengoed dit onroerend goed verhuren en genieten van de huurinkomsten. Ander voorbeeld: De vruchtgebruiker van een kapitaal zal geen eigenaar zijn van het kapitaal, maar zal wel recht hebben op de interesten.
over de hele
nalatenschap
Vermogen, goederen en schulden op het moment van overlijden.
erven
Bij overlijden erft de overblijvende echtgenoot altijd het vruchtgebruik van de gezinswoning met alle huisraad en meubilair.
Ongehuwd samenwonenden die louter feitelijk samenwonen erven niet van elkaar tenzij er een testament in hun voordeel werd opgemaakt.
Wettelijk samenwonenden erven automatisch van elkaar.
Dit geldt alleen voor de samenwonenden die een verklaring voor de ambtenaar van de burgerlijke stand hebben opgemaakt.
betekent dat de langstlevende gehuwde partner levenslang kan blijven genieten van de
gezinswoning
De gezinswoning is de gezamenlijke hoofdverblijfplaats waar partners met hun gezin normaal leven. Ze hebben er hun ‘voornaamste belangen’.
Gehuwden moeten alle beslissingen over hun gezinswoning samen nemen, ook al is maar 1 van hen eigenaar van de woning of staat er maar 1 naam op de huurovereenkomst. Dat is de bescherming van de gezinswoning. Dezelfde bescherming geldt bij wettelijk samenwonenden.
en de aanwezige inboedel. Zijn er nog onroerende goederen aanwezig (bv. een vakantiewoning), dan kan de langstlevende huwelijkspartner ook nog genieten van die goederen. Hij of zij kan dus blijven rijden met de wagen of interesten genieten van de rekeningen.
Meer nog, de langstlevende partner heeft ook het recht om de woning te verhuren en te genieten van de huurinkomsten. Het 'vruchtgebruik' is dus meer dan gewoon een gebruiksrecht.
De kinderen erven de ' blote eigendom Eigendom van een goed waarvan het vruchtgebruik door iemand anders wordt uitgeoefend. ' van de goederen. Dat betekent dat ze economisch gezien al eigenaar zijn, maar de goederen niet kunnen gebruiken zolang de langstlevende partner nog leeft.