Feitelijk samenwonen

De gevolgen en voorwaarden van het feitelijk samenwonen
Voorwaarden
Om als feitelijk samenwonende partners te worden beschouwd, wonen jij en je partner samen, zonder dat jullie met elkaar getrouwd zijn of een
verklaring van wettelijke samenwoning
Verklaring afgelegd door middel van een geschrift dat tegen ontvangstbewijs wordt overhandigd aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeenschappelijke woonplaats. Deze gaat na of aan alle voorwaarden zijn voldaan (nl. 18 jaar zijn, ongehuwd zijn, en op hetzelfde adres wonen).
Deze verklaring kan eenzijdig door één van de partners herroepen worden.
hebben afgelegd.
Gevolgen
In tegenstelling tot het
huwelijk
Een wettelijk geregelde levensgemeenschap van twee personen (ongeacht het geslacht) met o.a. gevolgen voor de onderhoudsplicht, rechtshandelingen en nalatenschap.
Het huwelijk wordt afgesloten voor de ambtenaar van de burgerlijke stand.
Getrouwde koppels zijn verplicht elkaar te helpen en elkaar het nodige te verschaffen.
en de wettelijke samenwoning, hebben feitelijke samenwoners geen juridische band met elkaar. Dit zorgt er enerzijds voor dat feitelijke samenwoners een grotere vrijheid hebben, maar anderzijds betekent dit ook dat ze geen bescherming genieten bij een relatiebreuk of een overlijden van één van de partners.
Feitelijk samenwonende koppels moeten rekening houden met deze gevolgen:
- Wanneer één van de partners komt te overlijden, zal de feitelijk samenwonende partner niet
erven
Bij overlijden erft de overblijvende echtgenoot altijd het vruchtgebruik van de gezinswoning met alle huisraad en meubilair.
Ongehuwd samenwonenden die louter feitelijk samenwonen erven niet van elkaar tenzij er een testament in hun voordeel werd opgemaakt.
Wettelijk samenwonenden erven automatisch van elkaar. Dit geldt alleen voor de samenwonenden die een verklaring voor de ambtenaar van de burgerlijke stand hebben opgemaakt.
van de overleden partner. Feitelijk samenwonende partners hebben immers geen erfrecht tegenover elkaar. Wanneer je wil dat je feitelijk samenwonende partner van jou erft, zal je hier zelf actie voor moeten ondernemen. Dit kan bijvoorbeeld door een testament Met een testament kan een persoon bij leven bepalen wat er na zijn overlijden met zijn goederen zal gebeuren. Bovendien kan een testament de rechten van bepaalde erfgenamen uitbreiden (bijvoorbeeld méér dan het vruchtgebruik van de gezinswoning toekennen aan de wettelijke samenwonende) of beperken (bijvoorbeeld de wettelijke reserve van de ouders afschaffen). Een testament is steeds herroepbaar. op te stellen of te laten opstellen bij de notaris. - De gezinswoning De gezinswoning is de gezamenlijke hoofdverblijfplaats waar partners met hun gezin normaal leven. Ze hebben er hun ‘voornaamste belangen’. Gehuwden moeten alle beslissingen over hun gezinswoning samen nemen, ook al is maar 1 van hen eigenaar van de woning of staat er maar 1 naam op de huurovereenkomst. Dat is de bescherming van de gezinswoning. Dezelfde bescherming geldt bij wettelijk samenwonenden. is niet beschermd. De eigenaar van de gezinswoning kan die zonder het akkoord van de andere partner verkopen.
- Er geldt geen hulp- of bijstandsverplichting voor feitelijk samenwonende koppels. Hierdoor geldt in principe bij een eventuele relatiebreuk ook geen alimentatieverplichting. Koppels die feitelijk samenwonen kunnen hier onderling wel afspraken over maken.
De verdeling van de goederen
Feitelijke samenwoners blijven elk eigenaar van hun eigen bezittingen en inkomsten. Ook de schulden blijven eigen aan de feitelijk samenwonende partner.
Er geldt geen vermoeden van onverdeeldheid Een goed bevindt zich in onverdeeldheid als verschillende mensen eenzelfde recht op het goed hebben, zonder dat het goed materieel verdeeld wordt. Er is sprake van mede-eigendom tussen de mede-eigenaars. Mede-eigendom kan vrijwillig, toevallig of verplicht door de wet zijn (bijvoorbeeld de gemeenschappelijke delen van een appartement). Het typevoorbeeld van toevallige mede-eigendom is het openvallen van een nalatenschap. Iedere erfgenaam heeft recht op een deel van de nalatenschap, zonder dat het deeltje op voorhand bepaald is. Tot de onverdeeldheid verdeeld is, kan geen enkele mede-eigenaar claimen dat een deel van de zaak hem exclusief toebehoort. . Dit betekent dat bij een relatiebreuk de feitelijk samenwonende partners zelf zullen moeten kunnen bewijzen welke goederen van hun zijn. Dit kan tot heel wat discussie leiden. Feitelijk samenwonende koppels doen er dus goed aan om op voorhand over deze zaken na te denken en dit vast te leggen in een samenlevingsovereenkomst.