Wat gebeurt er bij een faillissement?

Wanneer je als ondernemer je financiële verplichtingen niet langer kan nakomen, dreigt een faillissement. Het is belangrijk om tijdig actie te ondernemen wanneer je merkt dat je onderneming in moeiljkheden komt te zitten.

Wat is een faillissement?

Bij een faillissement is de onderneming:

  • Aanhoudend gestopt met het betalen van schulden;
  • Het vertrouwen in de kredietwaardigheid van de onderneming kwijt

Schuldeisers hebben er dus met andere woorden niet langer vertrouwen in dat ze hun schuldvorderingen terugbetaald zullen zien.

Wat gebeurt er eenmaal je failliet bent? 

  • Je krijgt het bezoek van de curator. Een curator is een gerechtelijk mandataris die optreedt als vertegenwoordiger van de gezamenlijke schuldeisers en de gefailleerde en die onder toezicht van de rechter-commissaris belast wordt met de vereffening van de boedel.
  • De curator maakt een inventaris op van de activa en een lijst van de schulden.
  • De curator zal de schulden en betalingen verder afhandelen. De curator beslist zelf of hij verder procedeert tegen klanten die hun factuur nog niet betaalden. Hij beslist ook of schuldvorderingen van leveranciers, werknemers en overheidsinstellingen worden aanvaard. Schuldeisers kunnen geen betalingen meer afdwingen. Staat er al een openbare verkoop gepland? Dan gaat de opbrengst naar de curator.  
  • Bij het faillissement van een vrije beroeper zal er een mede-curator zijn. De mede-curator waakt erover dat de  deontologische regels, zoals het beroepsgeheim, niet worden geschonden.
  • Je mag je oude schulden niet meer betalen.
  • De curator zal bepaalde bezittingen (auto, meubelen, familiestukken) in beslag nemen. Denk na over bepaalde afspraken die je kan maken met je omgeving. Misschien willen mensen uit je omgeving bepaalde goederen kopen, zodat je die verder kan gebruiken? Maak afspraken met de curator. Laat je goederen niet zomaar verdwijnen. Dat is strafbaar.
  • De curator beslist wat er met de lopende contracten gebeurt. Je mag vanaf de datum van het faillissement wel nieuwe contracten afsluiten. Je kan niet zomaar uit je woonhuis gezet worden. De vrederechter zal hierover eerst een vonnis moeten uitspreken en het OCMW zal helpen om een noodoplossing te zoeken.
  • Je mag na het vonnis van faillietverklaring starten met een nieuwe zaak. Het verder zetten van je failliete zaak mag echter niet. Je zal nieuwe klanten, een nieuwe naam en nieuwe goederen moeten vinden.

Een nieuwe kans na een faillissement

Sinds 1 mei 2018 hebben gefailleerden meer kansen om de draad weer op te nemen en om opnieuw eenzelfde of een andere activiteit op te starten. Een faillissement hoeft dus geen eindpunt te zijn van je activiteiten als zelfstandige.

Het uitgangspunt is dat eenmanszaken, ondernemers die de activiteiten niet in een vennootschap hebben ondergebracht, een tweede kans verdienen. Daarom kunnen zij een volledige of een gedeeltelijke kwijtschelding krijgen van de restschulden. Dat zijn de schulden die overblijven nadat de curator jouw goederen heeft verkocht en de opbrengst heeft aangewend om de schuldeisers zo veel mogelijk terug te betalen.

financiële moeilijkheden afbeelding

Voorwaarde is wel dat je de kwijtschelding binnen de drie maanden na de bekendmaking van het faillissementsvonnis moet aanvragen. Je hoeft de afwikkeling van het faillissement niet af te wachten. Bovendien is de rechtbank verplicht om de kwijtschelding toe te kennen. Alleen de schuldeisers, de curator en het openbaar ministerie kunnen nog roet in het eten gooien. Maar dan moeten ze wel aantonen dat je een grove fout hebt begaan die bovendien tot het faillissement heeft geleid.

Ook kunnen de curatoren geen beslag leggen op het loon dat je na de uitspraak van het faillissement verdient, noch op andere inkomsten die jou na het faillissement te beurt vallen zoals een erfenis .

Ook voor vrije beroepers

Ook vrije beroepers zoals bijvoorbeeld een arts, landbouwer, vzw of bestuurder kan een reorganisatie aanvragen of failliet gaan.

Sinds 1 mei 2018 is een reorganisatie of een faillissement mogelijk voor alle personen die zelfstandig een beroepsactiviteit uitoefenen. Dat geldt eigenlijk voor alle professioneel actieve personen, met uitzondering van werknemers en werkzoekenden. Ook vrije beroepers zoals artsen, advocaten, accountants, tandartsen, notarissen, ... kunnen sindsdien een reorganisatie aanvragen of over de kop gaan. Idem voor zaakvoerders en bestuurders van vennootschappen.

Ondernemende vrouw die bezorgd kijkt

Verder is een reorganisatie of faillissement ook mogelijk voor stichtingen, maatschappen en vzw’s zoals ziekenhuizen, sportclubs of rust- en verzorgingstehuizen.

Banken en verzekeraars zijn een buitenbeentje. Zij kunnen wel failliet gaan maar geen gerechtelijke reorganisatie doorvoeren.

Gerechtelijke reorganisatie 

Financiële moeilijkheden... Geen enkele ondernemer wordt er graag mee geconfronteerd. Toch ben je niet altijd verplicht om meteen een faillissement aan te vragen als het financieel even tegen zit. Wel integendeel, zijn je betalingsmoeilijkheden slechts van tijdelijke aard, en zie je een mogelijkheid om erbovenop te geraken, dan kan je een gerechtelijke reorganisatie aanvragen.

Lees hier meer over de gerechtelijke reorganisatie.