“Een nieuw samengesteld gezin kan pas slagen als er nog respect is voor het kerngezin”

Dit bericht is geschreven op 07/09/2023, in functie van de regelgeving die op dat moment gold. Informeer je altijd bij een notariskantoor om specifieke informatie en advies te krijgen dat bij je situatie past.
‘Scheiden doet lijden’, luidt het gezegde. ‘Goede afspraken maken goeie vrienden’, klinkt dat andere spreekwoord – in dezelfde context vaak sleutel tot succes. Feit is dat een nieuw samengesteld gezin gepaard gaat met opnieuw naar evenwicht zoeken, bij alle partijen. (Plus)mama van vier Marjolein Sebille (36) vertelt over hoe zij die zoektocht in de praktijk omzet.
Notaris
De notaris is zowel een openbare ambtenaar die bevoegd is om authentieke akten te verlijden, te bewaren en er afschriften van te verstrekken, als een juridische raadgever. De notaris komt tussen in heel wat domeinen: huwelijken, echtscheidingen, de koop van een onroerend goed, een erfenis na overlijden,…
De notaris wordt benoemd door de Koning.
De partijen kiezen vrij hun eigen notaris.
en zelf ook plusmama Helena Verwimp (40) geeft tips over hoe je het best met de uitdagingen van zo’n situatie omgaat.
“Zowel mijn als Diederiks kinderen waren nog jong toen we een koppel werden, vijf jaar geleden”, steekt Marjolein van wal. “De eerste twee jaar behielden we elk nog ons eigen leven: we woonden apart en spraken af en toe af met de kinderen erbij. Voor hen waren die momenten samen vergelijkbaar met slaapfeestjes bij vrienden, waardoor ze snel een goeie band hadden.”
Geen extra ouder
Intussen wonen Marjolein, Diederik en de kinderen Maxim (7), Bob (9), Ellis (10) en Mia (11) onder één dak. Nieuwe situatie, nieuwe regels? “We zetten bewust elk onze eigen kinderen op de eerste plaats, dat was vanaf het begin duidelijk”, zegt Marjolein. “De kinderen gaan bijvoorbeeld nog altijd naar hun school van voor de breuk. Dat betekent dat we hen naar twee verschillende plekken moeten brengen, maar we vonden het belangrijk dat er voor hen niks veranderde door onze relatie. Ook de co-ouderschapsregeling van Diederik en mij is verschillend. Daardoor hebben we op sommige momenten geen, en op andere momenten twee of vier kinderen in huis.”
“Voor elkaars kinderen willen we vooral een extra vertrouwenspersoon zijn, geen extra mama of papa. Ze hebben al twee ouders”, gaat Marjolein verder. “Naar het oudercontact van Diederiks kinderen ga ik bijvoorbeeld niet mee, maar ik ben er wel als ze een luisterend oor nodig hebben.” Helena knikt. “Het heeft weinig zin om je als plusouder te profileren als ‘nieuwe’ ouder, dat werkt misschien averechts. Laat je partner vooral zelf beslissen over zijn eigen kinderen, in samenspraak met de ex-partner. Want wat er in het verleden aan basis is gelegd in het kerngezin, kan je als plusouder toch niet veranderen. Daarom: een nieuw samengesteld gezin kan pas werken als er respect is voor het oorspronkelijke kerngezin.”
Afspraken voor later
Marjolein en Diederik wonen feitelijk samen, maar kozen bij de aankoop van hun huis wel voor een beding van aanwas. “Zo kan Diederik in het huis blijven wonen, mocht met mij iets gebeuren.” Helena: “Een
beding van aanwas
Een beding van aanwas is een overeenkomst tussen partijen waarbij bedongen wordt dat bij een toevallige, maar zekere gebeurtenis zoals een overlijden, bepaalde goederen rechtstreeks toekomen aan de langstlevende. Het is van belang dat beide partners evenveel “kans” maken om te overleven. In het ander geval zou de fiscus dit immers als een verborgen schenking kunnen zien, met alle gevolgen van dien. Het beding van aanwas wordt vaak gebruikt wegens fiscale motieven, maar vaak ook om zekerheid te geven aan zijn langstlevende partner.
bestaat in twee formules: je laat het huis volledig aan de langstlevende partner over, of beperkt je tot het
vruchtgebruik
Het recht om een andermans goed te gebruiken en de vruchten daarvan te innen alsof men zelf de eigenaar was, met de verplichting ervoor te zorgen zodat het goed zelf in stand blijft. Een vruchtgebruiker kan dus in een onroerend wonen, maar kan evengoed dit onroerend goed verhuren en genieten van de huurinkomsten. Ander voorbeeld: De vruchtgebruiker van een kapitaal zal geen eigenaar zijn van het kapitaal, maar zal wel recht hebben op de interesten.
van de woning. Diezelfde voorwaarden kan je ook vastleggen in een testament, trouwens. Dat zou ik in Marjoleins geval zelfs aanraden: via een
testament
Met een testament kan een persoon bij leven bepalen wat er na zijn overlijden met zijn goederen zal gebeuren. Bovendien kan een testament de rechten van bepaalde erfgenamen uitbreiden (bijvoorbeeld méér dan het vruchtgebruik van de gezinswoning toekennen aan de wettelijke samenwonende) of beperken (bijvoorbeeld de wettelijke reserve van de ouders afschaffen). Een testament is steeds herroepbaar.
het vruchtgebruik of de volle eigendom van de
gezinswoning
De gezinswoning is de gezamenlijke hoofdverblijfplaats waar partners met hun gezin normaal leven. Ze hebben er hun ‘voornaamste belangen’.
Gehuwden moeten alle beslissingen over hun gezinswoning samen nemen, ook al is maar 1 van hen eigenaar van de woning of staat er maar 1 naam op de huurovereenkomst. Dat is de bescherming van de gezinswoning. Dezelfde bescherming geldt bij wettelijk samenwonenden.
erven
Bij overlijden erft de overblijvende echtgenoot altijd het vruchtgebruik van de gezinswoning met alle huisraad en meubilair.
Ongehuwd samenwonenden die louter feitelijk samenwonen erven niet van elkaar tenzij er een testament in hun voordeel werd opgemaakt.
Wettelijk samenwonenden erven automatisch van elkaar.
Dit geldt alleen voor de samenwonenden die een verklaring voor de ambtenaar van de burgerlijke stand hebben opgemaakt.
is namelijk gratis, terwijl je registratierechten moet betalen als je dat verkrijgt via een beding van
aanwas
Indien een gerechtigde (een legataris of erfgenaam) in een erfenis wegvalt (bijv. doordat deze gestorven is of de nalatenschap verwerpt), dan komt diens deel toe aan de andere gerechtigden. Bijv. De vader van A, B en C overlijdt. C verwerpt de erfenis. Het deel van C zal toekomen aan A en B.
. Die vrijstelling van
erfbelasting
De erfbelasting is de verzamelterm voor het vroeger gekende “successierecht” en het “recht van overgang”. Het is een belasting die je moet betalen bij het erven van een nalatenschap.
De hoogte van de erfbelasting is afhankelijk van de graad van verwantschap met de overledene. Hoe dichter de verwantschap, hoe minder erfbelastingen je moet betalen. Kinderen van de overledene betalen dus minder erfbelastingen dan de broer, zus, tante of andere familieleden.
Aangezien de erfbelasting altijd uitgedrukt wordt in een percentage, is de hoogte van de verschuldigde erfbelasting ook afhankelijk van de waarde van de erfenis.
bij een testament geldt voor feitelijk samenwonende partners die, zoals Marjolein en Diederik, al minstens drie jaar hebben samengewoond op het moment van overlijden. Voor wettelijk samenwonenden geldt die termijn niet: zij genieten meteen van die vrijstelling.”
“Stel dat we ooit trouwen, dan gaan we opnieuw rond de tafel zitten”, gaat Marjolein verder. “Veel meer dan tijdens mijn eerste
huwelijk
Een wettelijk geregelde levensgemeenschap van twee personen (ongeacht het geslacht) met o.a. gevolgen voor de onderhoudsplicht, rechtshandelingen en nalatenschap.
Het huwelijk wordt afgesloten voor de ambtenaar van de burgerlijke stand.
Getrouwde koppels zijn verplicht elkaar te helpen en elkaar het nodige te verschaffen.
wil ik nu dat mijn kinderen niks tekortkomen, mocht er met mij iets gebeuren.” “De gesprekken over successieplanning zijn totaal anders in nieuw samengestelde gezinnen dan in traditionele kerngezinnen”, pikt Helena in. “Instinctief willen mensen in het laatste geval hun partner – de ouder van hun kinderen – beschermen. In een nieuw samengesteld gezin komen de kinderen eerst. Trouw je met je nieuwe partner, dan erft die standaard het vruchtgebruik op alles wat je bezit. Daarom wordt vaak een huwelijkscontract met Valkeniersclausule opgesteld: via zo’n clausule kan je je partner bijvoorbeeld wel het vruchtgebruik op het huis, maar niet op je gelden laten erven. Dat laatste is dan voor de kinderen. De overlevende partner krijgt altijd wel minimaal zes maanden woonrecht – geen vruchtgebruik – na het overlijden van de andere partner.”
Food for thought voor Marjolein. “Ik sta daar regelmatig bij stil: wat als ik er niet meer zou zijn? Welke regelingen treffen we het best? Maar ook: zullen de kinderen elkaar dan blijven vinden? Want buiten alle praktische zaken die ik graag geregeld wil hebben, vind ik het vooral een grote verrijking voor mijn kinderen, opgroeien met een plusbroer en -zus.”
Ontdek onze podcast over nieuw samengestelde gezinnen.